Niet-nakoming door de aannemer
Als gevolg van de uitbraak van het coronavirus, zal het vaak voorkomen dat een aannemer niet (op tijd) aan zijn verplichtingen kan voldoen. Dit kan verschillende redenen hebben: uitval van personeel, het niet leverbaar zijn van materialen, of de onmogelijkheid om bij bepaalde werkzaamheden 1,5 meter afstand te houden. Vertraging of stillegging van de werkzaamheden zal altijd hogere kosten tot gevolg hebben. Een belangrijke vraag die dit oproept is of de aannemer zich in dat geval kan beroepen op de wettelijke regeling die hem de mogelijkheid geeft om bij kostenverhogende omstandigheden de aanneemsom te verhogen. Alvorens een beroep te doen op enige wettelijke regeling, dient er wel altijd rekening te worden gehouden met de algemene voorwaarden die eventueel van toepassing zijn op de aanneemovereenkomst. Daarin kunnen afwijkende afspraken zijn gemaakt.
Een beroep op deze regeling zal enkel slagen indien na het sluiten van de aanneemovereenkomst kostenverhogende omstandigheden ontstaan of aan het licht komen, zonder dat dit aan de aannemer kan worden toegerekend. Het is nog onduidelijk of de coronacrisis een omstandigheid is die niet aan de aannemer kan worden toegerekend, of dat deze behoort tot het “normale” ondernemersrisico. Betoogd kan worden dat de huidige situatie zodanig uitzonderlijk is, dat dit niet kan worden toegerekend aan de aannemer. Dit is evenwel (gezien de recente aard van de crisis) nog niet met zekerheid te zeggen.
Indien het verhogen van de aanneemsom op basis van de voornoemde wettelijke regeling geen mogelijkheid is, of onvoldoende toereikend is om de kosten te dekken, zou er eventueel een beroep kunnen worden gedaan op wijziging of ontbinding van de overeenkomst op grond van onvoorziene omstandigheden of overmacht. Uitgebreidere informatie over onvoorziene omstandigheden en overmacht vindt u hier: https://uw-advocaten.nl/blogs/18/uw-contracten-overmacht-of-onvoorziene-omstandigheden.
Niet-nakoming door de opdrachtgever
Wellicht minder vaak voorkomend, maar daardoor niet minder belangrijk, is de situatie waarin het niet de aannemer is die niet kan nakomen, maar de opdrachtgever. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn indien de opdrachtgever de benodigde vergunningen niet op tijd heeft verkregen als gevolg van de coronacrisis, of wanneer door overheidsmaatregelen geen toegang tot de bouwplaats kan worden verschaft.
Hoewel er geen specifieke wettelijke bepaling is waar de opdrachtgever zich in dit geval op kan beroepen, gelden ook hier de algemene regels van het contractenrecht. Zo kan er onder omstandigheden een beroep worden gedaan op overmacht of onvoorziene omstandigheden. Welke in de gegeven situatie van toepassing is, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval.
In de praktijk
Nu het vooralsnog onduidelijk is – en wellicht nog even onduidelijk blijft – waar partijen zich op kunnen beroepen doen de contracterende partijen er in elk geval goed aan in onderling overleg te bepalen hoe er wordt omgegaan met de gevolgen van de coronacrisis. Nu de gevolgen groot zijn voor iedereen, lijkt het, ook in verband met de redelijkheid en billijkheid, een redelijke uitkomst om ieder der partijen (een deel van) de lasten te laten dragen. Het is daarom raadzaam samen afspraken te maken, bijvoorbeeld door bepaalde termijnen te verlengen of betalingsregelingen af te spreken.
Komen partijen er onderling niet uit, dan is het raadzaam om juridisch advies in te winnen teneinde de positie in een specifieke casus te bepalen.
Toepasselijke wetsartikelen:
- Artikel 6:258 BW
- Artikel 7:753 BW